Hebt u een vraag over uw tank? Uw wettelijke verplichtingen?
Milieuzorgen? U wenst meer informatie over onze manier van werken?
Wij groepeerden heel wat courante vragen.
Staat uw vraag er niet tussen? Aarzel niet om ons te contacteren.
Hoe stel ik een stookolietank definitief buiten gebruik?
De manier om een stookolietank definitief buiten gebruik te stellen, is afhankelijk van het volume van de tank:
Inhoud minder dan 5.000 kg
De tank moet leeggemaakt worden. Als de tank in de grond is ingegraven is, moet ze bovendien verwijderd worden. Als de tank niet verwijderd kan worden, moet ze – in overleg met Poleyn Tank Technics – opgevuld worden met zand, schuim of ander inert materiaal.
Poleyn Tank Technics stelt bij de buitengebruikstelling van een ondergrondse stookolietank een certificaat op waaruit ondubbelzinnig blijkt dat de buitengebruikstelling werd uitgevoerd volgens de regels van het vak.
Het certificaat vermeldt onder meer onze naam en erkenningsnummer.
Stookolietank met een inhoud van 5.000 kg of meer
Een ondergrondse stookolietank voor de opslag van 5000 kg gasolie of meer moet bij definitieve buitengebruikstelling (al dan niet omwille van lekken) leeggemaakt én gereinigd worden en binnen een termijn van 36 maanden verwijderd worden of bij materiële onmogelijkheid tot verwijderen, binnen dezelfde termijn, in overleg met Poleyn Tank Technics, geledigd, gereinigd en opgevuld worden met zand, schuim of een gelijkwaardig inert materiaal.
Een bovengrondse stookolietank voor de opslag van 5000 kg gasolie of meer moet bij definitieve buitengebruikstelling (al dan niet omwille van lekken) leeggemaakt én gereinigd worden en binnen een termijn van 36 maanden verwijderd worden of bij materiële onmogelijkheid tot verwijderen, binnen dezelfde termijn, in overleg met Poleyn Tank Technics, geledigd en gereinigd worden.
Vanaf 1 juni 2015 stelt Poleyn Tank Technics een certificaat op waaruit blijkt dat de buitengebruikstelling werd uitgevoerd volgens de regels van het vak.
In alle gevallen moeten de nodige maatregelen genomen worden rond explosiebeveiliging en voorkoming van milieuverontreiniging (bodem- en grondwater).
Om de tank zelf te verwijderen kan u eveneens op Poleyn Tank Technics rekenen.
3 gouden regels voor je verwarmingstoestel
Verwarm jij je huis met een centraal verwarmingstoestel? Pas dan deze drie gouden regels toe.
1. Veilig opstarten: keuring voor eerste gebruik
Laat je nieuwe of gewijzigde verwarmingstoestel vóór het eerste gebruik keuren door Poleyn Tank Technics. Wij gaan na of het voldoet aan alle veiligheids – en kwaliteitseisen en of het goed geplaatst is. Nadien krijg je een keuringsrapport, dat je bij het toestel bewaart.
2. Veilig verwarmen: periodiek onderhoud
Laat je stookolieketel jaarlijks en je gasketel tweejaarlijks onderhouden door Poleyn Tank Technics. Wij controleren of er risico is op CO -vergiftiging en reinigen en stellen de ketel af zodat deze zuinig werkt. In ruil hiervoor ontvang je een reinigings- en verbrandingsattest, waarvan je de twee laatste bij je ketel bewaart.
3. Zuinig verwarmen: verwarmingsaudit
Als je je huis verwarmt met een verwarmingstoestel dat ouder is dan vijf jaar en met een vermogen vanaf 20 tot en met 100 kW (de meeste gewone centrale verwarmingstoestellen) , dan moet je elke vijf jaar een verwarmingsaudit laten uitvoeren. Poleyn Tank Technics berekent het rendement van de hele verwarmingsinstallatie en stelt energiebesparende maatregelen voor. De resultaten worden opgenomen in een verwarmingsauditrapport, dat je bij je toestel bewaart.
Vraag ons naar meer informatie over de verwarmingsaudit op een ketel groter dan 100 kW.
Waarom?
De keuring voor eerste gebruik, het onderhoud en de audit zijn wettelijke verplichtingen, en je hebt er zelf ook voordeel bij: je verwarmt je huis op een veilige, zuinige én milieuvriendelijke manier.
Veilig
• lager risico op CO-vergiftiging: bij een verwarmingstoestel met een slechte verbranding, ondermaatse of ontbrekende luchttoevoer of een slecht werkende schouw, kan er CO vrijkomen
• lager risico op schouwbrand: een vuile schouw met veel roetaanslag of verstoppingen belemmert de afvoer van de verbrandingslucht, waardoor brand kan ontstaan
Zuinig
• lagere verwarmingskosten: een toestel dat goed werkt, heeft een hoger rendement en verbruikt dus minder brandstof
• minder grote herstellingskosten: een slecht onderhouden toestel moet sneller hersteld of vervangen worden
Milieuvriendelijk
• minder uitstoot van schadelijke stoffen zoals fijn stof
• minder CO2 -uitstoot omdat je minder brandstof verbruikt
Poleyn Tank Technics is een erkende technicus. De keuring, het onderhoud en de verwarmingsaudit moeten altijd door een erkende technicus worden uitgevoerd. Die heeft een opleiding gevolgd in een erkende opleidingsinstelling, is geslaagd voor het bijhorende examen en volgt elke vijf jaar een bijscholing in techniek en wetgeving. Vraag ons offerte!
Hoe CO-vergiftiging voorkomen?
Koolstofmonoxide (CO) komt vrij bij een slechte verbranding van brandstoffen zoals gas, hout, mazout, kolen en petroleum. Het is een gas zonder reuk, zonder kleur en zonder smaak. Het gas kan zich onopgemerkt in de woning opstapelen tot levensbedreigende concentraties.
Een CO-vergiftiging kunt u herkennen aan onderstaande alarmsignalen.
- Meerdere personen hebben gelijktijdig klachten zoals hoofdpijn, vermoeidheid, misselijkheid, duizeligheid, concentratiestoornissen, braakneigingen.
- De klachten doen zich altijd voor op een bepaald tijdstip, bijvoorbeeld tijdens het nemen van een bad of douche, bij het verwarmen met een petroleumkacheltje, …
- Er is roetafzetting rond gasgeisers op de muur of plafond.
- Er is een abnormaal hoge vochtigheid en condensatie in huis.
- Er zijn gele in plaats van blauwe vlammen te zien, bijvoorbeeld bij de gasgeiser.
- De klachten verminderen als er verlucht wordt of als u buiten gaat.
Als u CO-vergiftiging vermoedt, doe dan het volgende.
- Open eerst ramen, deuren of garagepoort voor voldoende ventilatie.
- Schakel indien mogelijk de vermoedelijke bron uit (bijv. de gasgeiser in de badkamer of de draaiende motor van de auto).
- Als er personen bewusteloos zijn, bel 112 en vermeld dat het om een CO-vergiftiging kan gaan.
- Als er geen personen bewusteloos zijn, evacueer iedereen naar de frisse lucht en bel de huisarts.
Gebruik geen schakelaars (bijv. lichtschakelaar of telefoon) en geen aansteker of lucifers. Als de CO-concentratie hoog is, kan dat een ontploffing veroorzaken.
Als u vermoedt dat er een CO-probleem is in uw woning, laat dan Poleyn Tank Technics uw verwarmingstoestel controleren.
Ben ik verplicht mijn centrale verwarming te laten onderhouden?
Ja, het onderhoud van het centraal stooktoestel van uw verwarmingsinstallatie is een verplichting, zowel voor particulieren als bedrijven.
- Centrale stooktoestellen op gas (aardgas, butaan, propaan) moeten tweejaarlijks een onderhoudsbeurt krijgen.
- Centrale stooktoestellen op stookolie (mazout) of vaste brandstof (hout, pellets, steenkool, …) moeten jaarlijks een onderhoudsbeurt krijgen.
De gebruiker van het centrale stooktoestel is verantwoordelijk voor het onderhoud. Bij huurwoningen moet dus de huurder het centrale stooktoestel laten onderhouden.
Voorwaarden
- De onderhoudsregels hieronder zijn alleen van toepassing op centrale stooktoestellen (centrale verwarming). Voor elektrische verwarmingstoestellen en afzonderlijke stooktoestellen (kachels, haarden, geisers, …) die niet zijn aangesloten op een centrale ketel, gelden andere regels.
- Een onderhoud omvat:
- reiniging en controle van de schoorsteen of de rookgasafvoer
- controle van de algemene staat van het stooktoestel
- controle van de verluchting van het stooklokaal en de aanvoer van verbrandingslucht
- controle van de verbranding.
Procedure
De onderhoudsverplichtingen voor een centraal stooktoestel zijn afhankelijk van:
- het soort brandstof
- het vermogen van uw centraal stooktoestel. Het vermogen in kilowatt (kW) staat op het kenplaatje op uw cv-ketel.
Vloeibare brandstof
Voor centrale stooktoestellen op vloeibare brandstof (stookolie) met een vermogen van meer dan 20 kilowatt (kW), geldt het volgende.
- Verplicht jaarlijks onderhoud.
- Het onderhoud moet uitgevoerd worden door een erkende technicus zoals Poleyn Tank Technics
- U krijgt een reinigingsattest en een verbrandingsattest. Daarop moeten de naam, het erkenningsnummer en de handtekening staan van de technicus die het onderhoud heeft uitgevoerd.
Sinds 1 juni 2013 zijn de verbrandingswaarden voor centrale stooktoestellen met vloeibare brandstoffen strenger geworden. Het heeft daarbij geen belang in welk jaar uw toestel gebouwd werd. Op de website van het departement Leefmilieu, Natuur en Energie vindt u aan welke verbrandingswaarden uw centraal stooktoestel moet voldoen. - Als huurder bezorgt u een kopie van het reinigings- en verbrandingsattest aan de eigenaar.
- Bewaar minstens de laatste twee attesten.
Voor centrale stooktoestellen met een vermogen tot en met 20 kilowatt (kW) is onderhoud niet verplicht, maar het wordt wel aangeraden.
Gas
Voor centrale stooktoestellen op gas (aardgas, butaan, propaan) met een vermogen van meer dan 20 kilowatt (kW), geldt het volgende.
- Verplicht tweejaarlijks onderhoud.
- Het onderhoud moet uitgevoerd worden door een erkende technicus gasvormige brandstof
- U krijgt een reinigingsattest en een verbrandingsattest. Daarop moeten de naam, het erkenningsnummer en de handtekening staan van de technicus die het onderhoud heeft uitgevoerd.
- Als huurder bezorgt u een kopie van het reinigings- en verbrandingsattest aan de eigenaar.
- Bewaar minstens de laatste twee attesten.
Voor centrale stooktoestellen met een vermogen tot en met 20 kilowatt (kW) is onderhoud niet verplicht, maar het wordt wel aangeraden.
Vaste brandstof
Centrale stooktoestellen op vaste brandstof (hout, pellets of steenkool)
- Jaarlijks onderhoud verplicht.
- Het onderhoud moet uitgevoerd worden door een geschoolde vakman.
- U krijgt een reinigingsattest . Daarop moeten de naam en de handtekening staan van de geschoolde vakman die het onderhoud heeft uitgevoerd.
Als huurder bezorgt u een kopie van het reinigingsattest aan de eigenaar. - Bewaar minstens de laatste twee attesten.
Wetgeving
Besluit van de Vlaamse Regering van 8 december 2006 betreffende het onderhoud en het nazicht van stooktoestellen voor de verwarming van gebouwen of voor de aanmaak van warm verbruikswater.
Rode, oranje of groene dop?
Als u voor de verwarming van uw woning een stookolietank gebruikt, dan gelden er enkele belangrijke verplichtingen voor het onderhoud van die tank. Stookolie wordt ook gasolie, mazout of huisbrandolie genoemd.
Na ingebruikname moet u uw stookolietank regelmatig laten controleren. Hoe vaak dat moet, hangt af van het volume van de tank, de plaatsing ervan (ondergronds of bovengronds) en de ligging (binnen of buiten de waterwingebieden en beschermingszones).
Een tank voor de opslag van minder dan 5000 kg stookolie moet gecontroleerd worden door een erkende stookolietechnicus zoals Poleyn Tank Technics.
Een tank voor de opslag van 5000 kg stookolie of meer moet gecontroleerd worden door een erkende stookolietechnicus zoals Poleyn Tank Technics. Wij hebben een persoonlijk erkenningsnummer dat bestaat uit de letters ‘SV’ en 5 cijfers (bijvoorbeeld SV00022 of SV56489).
Bij iedere controle of onderzoek stelt Poleyn Tank Technics een certificaat op voor de eigenaar of exploitant. Daaruit moet ondubbelzinnig blijken dat de tank al dan niet voldoet aan de wettelijke bepalingen. Op het certificaat moeten altijd de volgende zaken staan:
- naam en erkenningsnummer van de uitvoerende technicus
- datum van de controle
- datum van de eerstvolgende controle (als het om een ondergrondse tank gaat).
Na de controle krijgt uw installatie een groene, oranje of rode dop of merkplaat.
- Een groene dop of merkplaat betekent dat de tank voldoet aan de wettelijke bepalingen en verder mag worden gebruikt.
- Een oranje dop of merkplaat betekent dat de tank niet voldoet aan de wettelijke bepalingen maar dat de vastgestelde gebreken geen aanleiding kunnen geven tot verontreiniging buiten de tank. De tank mag nog worden gevuld of bijgevuld tijdens een overgangsperiode van maximaal 6 maanden. De eigenaar of exploitant moet alle nodige maatregelen nemen om de tank opnieuw in goede staat te brengen. Vóór het verstrijken van de overgangsperiode moet een erkende technicus opnieuw de opslaginstallatie controleren.
- Een rode dop of merkplaat betekent dat de opslaginstallatie niet voldoet aan de wettelijke bepalingen. In zo’n geval is het verboden de opslagtank te vullen of te laten vullen. De eigenaar of exploitant moet alle nodige maatregelen nemen om de opslaginstallatie opnieuw in goede staat te brengen. Daarna moet Poleyn Tank Technics opnieuw de opslaginstallatie controleren.
Hoe stookolietank van mijn woning controleren en onderhouden?
Als u voor de verwarming van uw woning een stookolietank gebruikt, dan gelden er enkele belangrijke verplichtingen voor het onderhoud van die tank. Stookolie wordt ook gasolie, mazout of huisbrandolie genoemd.
Controle vóór de stookolietank in gebruik genomen wordt
Elke tank voor stookolie moet na de plaatsing, maar vóór de ingebruikname gecontroleerd worden.
Als er in de stookolietank(s) bij uw woning 5000 kg stookolie of meer kan, dan moet u dat ook melden bij het college van burgemeester en schepenen van uw gemeente.
U moet een milieuvergunning aanvragen vóór de tank geplaatst wordt:
- als er in totaal meer dan 20 ton stookolie met GHS02-symbool kan worden opgeslagen
- als er in totaal meer dan 50.000 liter stookolie zonder GHS02-symbool kan worden opgeslagen.
Het GHS02-symbool is het gevarenpictogram voor ontvlambaar. Dat symbool staat op de verpakking van vloeistoffen met een vlampunt onder de 60 graden Celcius. Vloeibare brandstoffen kunnen, afhankelijk van hun vlampunt, al dan niet een GHS02-symbool als kenmerk krijgen.
Controle als de stookolietank in gebruik is
Ook na ingebruikname moet u uw stookolietank regelmatig laten controleren. Hoe vaak dat moet, hangt af van het volume van de tank, de plaatsing ervan (ondergronds of bovengronds) en de ligging (binnen of buiten de waterwingebieden en beschermingszones).
Tank voor de opslag van minder dan 5000 kg stookolie
De eigenaar van een stookolietank voor de opslag van minder dan 5000 kg stookolie, heeft volgende onderhoudsverplichtingen.
Een ‘ondergrondse tank’ is een tank die in de grond is ingegraven. Een tank in een kelder is dus een ‘bovengrondse tank’.
- Een ondergrondse stookolietank moet om de vijf jaar gecontroleerd worden.
Een ondergrondse stookolietank die vóór 1 augustus 1995 in gebruik genomen werd, moest vóór 1 augustus 2002 een eerste keer een periodieke controle ondergaan. - Een bovengrondse stookolietank moet sinds 1 maart 2009 na ingebruikname niet meer periodiek gecontroleerd worden. Alleen de controle bij de plaatsing is verplicht. Hebt u een bovengrondse tank die vóór 1 maart 2009 in gebruik werd genomen?
Dan bepaalt de ‘datum voor volgende controle’ op het laatste onderhoudsattest of er nog controle nodig is.- Staat er op het laatste onderhoudsattest dat de volgende controle op 1 maart 2009 of een latere datum moet gebeuren? Dan bent u niet verplicht uw tank periodiek te laten keuren.
- Staat er op het laatste onderhoudsattest dat de volgende controle op een datum vóór 1 maart 2009 moet gebeuren? Dan bent u verplicht de bovengrondse tank nog een laatste keer te laten controleren.
Een bovengrondse stookolietank die vóór 1 augustus 1995 in gebruik genomen werd, moest vóór 1 augustus 2003 een eerste periodieke controle ondergaan.
Tank voor de opslag van 5000 kg stookolie of meer
De eigenaar van een stookolietank voor de opslag van 5000 kg stookolie of meer heeft volgende onderhoudsverplichtingen.
Een ‘ondergrondse tank’ is een tank die in de grond is ingegraven. Een tank in een kelder is dus een ‘bovengrondse tank’.
- Een ondergrondse stookolietank moet
- minstens tweejaarlijks een beperkt onderzoek ondergaan (dit moet jaarlijks gebeuren als de tank in een waterwingebied of beschermingszone ligt) en
- om de 15 jaar een grondig algemeen onderzoek ondergaan (dit moet om de 10 jaar gebeuren als de tank in een waterwingebied of beschermingszone ligt). Ondergrondse tanks van gewapende, thermohardende kunststof zijn vrijgesteld van het grondig algemeen onderzoek.
- Een bovengrondse stookolietank
- moet om de 3 jaar een beperkt onderzoek ondergaan
- en, als de tank een inhoudsvermogen van meer dan 20.000 liter heeft, bijkomend om de 20 jaareen algemeen onderzoek ondergaan.
Hoe vaak moet een particuliere stookolietank na ingebruikname gecontroleerd worden?
Inhoud minder dan 5000 kg
Een ondergrondse stookolietank dient vanaf 1 maart 2009 om de 5 jaar (voorheen om de 3 of 4 jaar) gecontroleerd te worden door een erkende stookolietechnicus zoals Poleyn Tank Technics. Hierbij wordt bij de rechtstreeks in de grond ingegraven houders die niet voorzien zijn van een permanent lekdetectiesysteem o.a. telkens een dichtheidsbeproeving uitgevoerd.
Een bovengrondse stookolietank dient vanaf 1 maart 2009 niet meer periodiek gecontroleerd (voorheen om de 5 jaar) te worden, op voorwaarde dat het laatste onderhoudsattest een einddatum heeft die 1 maart 2009 of later vermeldt. Een bovengrondse stookolietank die vóór 1 augustus 1995 in gebruik genomen werd, moest vóór 1 augustus 2003 een eerste periodieke controle ondergaan.
Bij iedere controle of onderzoek stelt Poleyn Tank Technics een certificaat op voor de exploitant/eigenaar. Hieruit moet ondubbelzinnig blijken dat de houder en de installatie al dan niet voldoen aan de bepalingen van hoofdstuk 6.5 van titel II van het VLAREM. Het certificaat voorziet naam en erkenningsnummer van de uitvoerende technicus, datum van de controle en datum van de eerstvolgende controle. Het laatste geldt enkel indien het om een ondergrondse houder gaat.
Al naargelang het resultaat van de controle is de houder gemerkt met een duidelijk leesbare en onuitwisbare groene, oranje of rode merkplaat. Op deze merkplaat wordt onuitwisbaar het erkenningsnummer van de erkende technicus, de datum van de controle en de uiterste datum van de eerstvolgende controle aangebracht (laatste, zo het om een ondergrondse houder gaat).
Meer dan 5000 kg
Een ondergrondse stookolietank dient ofwel tenminste jaarlijks (indien gelegen binnen de waterwingebieden en de beschermingszones) ofwel 2-jaarlijks (indien gelegen buiten de waterwingebieden en de beschermingszones) een beperkt onderzoek te ondergaan. Om de 10 (indien gelegen binnen de waterwingebieden en de beschermingszones) of om de 15 jaar (indien gelegen buiten de waterwingebieden en de beschermingszones) dient de tank een algemeen onderzoek te ondergaan (uitz. voor houders uit gewapende thermohardende kunststoffen) door Poleyn Tank Technics. De controle m.b.t. corrosie en kathodische bescherming dient te gebeuren in samenwerking met een milieudeskundige erkend in de discipline bodemcorrosie.
Een bovengrondse stookolietank dient om de 3 jaar (max. 40 maanden tussen 2 opeenvolgende onderzoeken toegelaten) een beperkt onderzoek te ondergaan door een erkende stookolietechnicus of een milieudeskundige erkend in de discipline houders voor gassen of gevaarlijke stoffen. Stookolietanks met een inhoudsvermogen van meer dan 20.000 liter moeten om de 20 jaar een algemeen onderzoek ondergaan.
Bij iedere controle (plaatsing of periodiek onderzoek) stelt Poleyn Tank Technics een attest op waaruit ondubbelzinnig moet blijken dat de houder en de installatie al dan niet voldoen aan de voorschriften van het reglement. Het attest vermeldt de naam en het erkenningsnummer van de uitvoerende technicus. De technicus brengt op de vulleiding een duidelijk zichtbare en leesbare klever of plaat aan (groen, oranje of rood) met zijn erkenningsnummer, de datum van het jaartal en de maand van hetzij de controle bij plaatsing, hetzij de laatst uitgevoerde controle en deze van de volgende uit te voeren controle.
Ik koop een huis met een stookolietank. Hoe weet ik of de stookolietank in orde is? Wat moet ik doen als dat niet het geval is?
De exploitant (in de meeste gevallen de verkoper) van een stookolietank dient ervoor te zorgen dat de tank steeds in goede staat van werking en onderhoud verkeert en dat elke verontreiniging van het milieu voorkomen wordt.
Merkplaat
Een stookolietank die voldoet aan de milieureglementering is uitgerust met een groene merkplaat. Een stookolietank die niet voldoet aan de milieureglementering is uitgerust met een oranje of een rode merkplaat. Deze merkplaat dient te zijn aangebracht door de erkende stookolietechnicus Poleyn Tank Technics nadat hij de controle heeft uitgevoerd. Bovendien beschikt de verkoper over de attesten (certificaten), opgemaakt door de erkende technicus n.a.v. de uitgevoerde controles.
Opgepast: een stookolietank zonder merkplaat (en bijhorend attest) voldoet niet aan de milieureglementering!
Attesten
Het is aan te raden de verkoper te vragen naar de eventuele attesten (certificaten) van de uitgevoerde controles, periodieke onderzoeken, dichtheidsproeven of buitengebruikstelling.
Ontbrekende documenten
Kan de verkoper van de woning de documenten niet voorleggen, dan wordt u als mogelijke koper alsnog aangeraden de verkoper te vragen zich in orde te laten stellen met de geldende regelgeving. Op deze manier kan worden vermeden dat verantwoordelijkheden uit het verleden ten laste van de koper (nieuwe eigenaar en exploitant) worden gelegd. Het verleden heeft immers uitgewezen dat dikwijls beginnende discussies uitmonden in processen voor rechtbanken, met soms hoogoplopende kosten, welke best en tijdig kunnen vermeden worden.
Er wordt verder ook aangeraden de notaris van de situatie in kennis te stellen en de stand van zaken in de akte op te nemen. Vermits bij het verlijden van de akte beide partijen (samen met de notaris) de akte voor akkoord handtekenen, worden betwistingen (en mogelijk bijkomende kosten) achteraf vermeden.
Voor meer info kun je terecht bij de infolijn bodem van OVAM (015 284 458 of bodem@ovam.be) of je notaris.
Is controle van de particuliere stookolietank verplicht?
Controle van de particuliere stookolietank (of mazouttank) is wettelijk verplicht. Zo wil de overheid de kans op bodemverontreiniging zo klein mogelijk maken.
Elke gecontroleerde installatie moet beschikken over:
- geldig conformiteitsattest
- groene dop of merkplaat (als de tank in orde wordt bevonden)
Is de huurder of de eigenaar verantwoordelijk voor de keuring en controle van de particuliere stookolietank?
In principe dragen huurder en eigenaar elk een deel van de verantwoordelijkheden. Het huurcontract kan eventueel andere bepalingen bevatten.
Keuring
De eigenaar moet zorgen dat een nieuwe ondergrondse en/of bovengrondse stookolietank na de plaatsing, maar vóór de ingebruikname gekeurd wordt. Een erkende stookolietechnicus zal dan nagaan of de installatie voldoet aan de VLAREM-verplichtingen. Vervolgens zal de eigenaar een certificaat ontvangen. De huurder moet een kopie van het certificaat van de installatie ontvangen.
Controle
De exploitant (= huurder) moet de ondergrondse stookolietank ten minste om de 5 jaar laten controleren door de erkende technicus Poleyn Tank Technics. Het attest van de laatst uitgevoerde controle moet bij de opslagtank bewaard blijven.
Moet een stookolietank voordat ze in gebruik genomen wordt, gecontroleerd worden?
Na de installatie maar voor de tank in gebruik genomen wordt, moet ze gecontroleerd worden.
Inhoud minder dan 5000 kg
Elke stookolietank dient na de plaatsing maar voor de ingebruikname gecontroleerd te worden door de erkende technicus Poleyn Tank Technics die een certificaat opstelt waaruit ondubbelzinnig moet blijken dat de opslaginstallatie voldoet aan de bepalingen van hoofdstuk 6.5 van titel II van het VLAREM. Hierop vermeldt hij zijn naam en erkenningsnummer. Hij bezorgt de eigenaar het certificaat van de installatie, samen met de certificaten of de beproevingsverslagen van de onderdelen ervan. De eigenaar bezorgt de exploitant een kopie van het certificaat van de installatie.
Binnen de maand na aanleg van de opslaginstallatie brengt hij op de houder een duidelijk leesbare en onuitwisbare groene merkplaat aan met hierop volgende onuitwisbare gegevens: zijn erkenningsnummer, de datum van plaatsing van de opslaginstallatie en, zo het om een ondergrondse houder gaat, de uiterste datum van de eerstvolgende controle.
Deze controle moet uitgevoerd worden door een erkend stookolietechnicus als Poleyn Tank Technics of een milieudeskundige erkend in de discipline houders voor gassen of gevaarlijke stoffen.
Inhoud meer dan 5000 kg
Ondergrondse houder – Na de installatie maar vóór de ingebruikname van de houder, dient gecontroleerd te worden of de houder, de leidingen en de toebehoren, het waarschuwings- of beveiligingssysteem tegen overvulling, het lekdetectiesysteem en, in voorkomend geval, de kathodische bescherming en de aanwezige voorzieningen ten behoeve van damprecuperatie, voldoen aan de voorschriften van het reglement. Vermelde controles dienen uitgevoerd te worden door een erkend stookolietechnicus als Poleyn Tank Technics. De controle van de eventuele kathodische bescherming dient te gebeuren in samenwerking met een milieudeskundige erkend in de discipline bodemcorrosie.
Bovengrondse houder – Na de installatie, maar vóór de in gebruikname van de houder, dient gecontroleerd te worden of de houder, de leidingen en de toebehoren, het waarschuwings- of beveiligingssysteem tegen overvulling, de inkuiping en de brandbestrijdingsmiddelen en in voorkomend geval en het lekdetectiesysteem voldoen aan de voorschriften van dit reglement. Vermelde controles dienen uitgevoerd te worden door erkend stookolietechnicus Poleyn Tank Technics.
Vraag info en offerte!
Wat betekent een groene, oranje of een rode merkplaat ('dop') na een controle op mijn stookolietank?
Geen dop/merkplaat
De stookolietank voldoet niet aan de milieureglementering en mag niet gevuld worden.
Groene dop/merkplaat
De stookolietank voldoet aan de wettelijke bepalingen en mag verder worden gebruikt.
Oranje dop/merkplaat
De opslaginstallatie is wettelijk niet in orde, maar de vastgestelde gebreken kunnen geen aanleiding geven tot verontreiniging buiten de houder.
De opslaginstallatie mag nog worden gevuld of bijgevuld tijdens een overgangsperiode van maximaal 6 maanden die ingaat de eerste dag van de maand volgend op de maand vermeld op de oranje merkplaat. De exploitant moet alle nodige maatregelen nemen, overeenkomstig het verslag van de erkende technicus, om de opslaginstallatie terug in goede staat te brengen. Vóór het verstrijken van de overgangsperiode moet de opslaginstallatie terug aan een controle onderworpen worden.
Rode dop/merkplaat
De opslaginstallatie voldoet niet aan de wettelijke bepalingen. Het is dan verboden de opslagtank te vullen of te laten vullen.
De exploitant moet alle nodige maatregelen nemen, overeenkomstig het verslag van de erkende technicus of erkende milieudeskundige, om de opslaginstallatie terug in goede staat te brengen. Daarna moet de opslaginstallatie terug aan een controle onderworpen worden.
Binnen 14 dagen nadat een rode merkplaat aangebracht werd, maakt de exploitant zelf of de erkende technicus als de exploitant daarom verzoekt, melding bij de afdeling van de Vlaamse Milieumaatschappij bevoegd voor grondwater.
Vraag info en offerte bij Poleyn Tank Technics.
Tips om zuiniger te verwarmen
Het onderhoud en de afstelling van uw ketel is een zaak voor een erkende onderhoudstechnicus . Toch kunt u met een aantal kleine ingrepen al heel wat energie besparen, zonder in te boeten aan comfort.
Verwarm uw woning op de juiste temperatuur
- Kies een temperatuur die aangepast is aan de bestemming de kamer
- Een temperatuur tussen 20 °C en 21 °C is het beste voor uw gezondheid.
- Aanbevolen temperatuur:
- 23 °C in de badkamer (alleen als ze in gebruik is)
- 20 °C in de woonkamer, de eetkamer, de werkruimte en de kinderkamers (als daar huiswerk gemaakt wordt)
- 18 °C in de keuken
- 16 °C in de slaapkamers
Verlaag de temperatuur ‘s nachts en bij afwezigheid.
- Draai de kamerthermostaat een uurtje voor het slapengaan naar 14 à 16 °C.
- Doe dat ook als u overdag niet thuis bent.
- Dat kan automatisch met een kamerthermostaat met ingebouwde programmeerbare regelklok
- U bespaart zo fiks op uw brandstofverbruik!
Vraag aan uw verwarmingsspecialist om de ketelthermostaat of de weersafhankelijke regeling af te stellen.
- Laat de temperatuur van het water in uw verwarmingsinstallatie aanpassen aan de buitentemperatuur door middel van een weersafhankelijke thermostaat. Water van 90 °C gebruiken heeft immers geen zin als de buitentemperatuur niet te laag is.
- Let er wel op dat de temperatuur van het warme water in uw verwarmingsinstallatie niet onder het door de fabrikant aanbevolen minimum zakt.
- Deze afstelling kan ook automatisch.
Schakel de verwarming uit in niet-gebruikte ruimtes.
- Schakel de verwarming uit in logeerkamers of kamers van afwezige kinderen.
- Opgelet: in de winter moet u er wel voor zorgen dat die lokalen vorstvrij blijven!
Verlaag de temperatuur van uw boiler.
- 40 ° C volstaat voor sanitair gebruik (zoals een bad of douche nemen). De productietemperatuur kan dus verlaagd worden.
- Om de ontwikkeling van bacteriën te voorkomen, kunt u het warme water opslaan bij een temperatuur van 65 °C of een regeling gebruiken die regelmatig het water verhoogt in temperatuur waardoor alle bacteriën vernietigd worden